Hoe maak je van elke wandeling met je hond een succes?
Samen wandelen is vaak het hoogtepunt van de dag voor zowel hond als baasje. Toch verloopt zo’n rondje niet altijd vlekkeloos. Sommige honden trekken aan de lijn, raken snel afgeleid of reageren fel op andere dieren. Gelukkig kun je met een paar simpele aanpassingen ervoor zorgen dat jullie wandelingen weer ontspannen en leuk worden.
Laat je hond niet loslopen
Niet iedere hond kan goed los lopen. Zeker als je viervoeter snel afgeleid is of moeite heeft met terugkomen als je hem roept, is aangelijnd wandelen een beter idee. Je behoudt zo de controle en kunt ongewenst gedrag snel corrigeren. Belangrijk hierbij is dat je hond een stevige en comfortabele honden halsband draagt. Een goede halsband voorkomt dat je hond uit de halsband schiet en zorgt voor meer veiligheid tijdens het wandelen.
Probeer hem af te leiden
Sommige honden zijn gevoelig voor prikkels onderweg. Denk aan voorbijgangers, andere honden of vogels. Je kunt ongewenst gedrag voorkomen door afleiding te bieden. Neem bijvoorbeeld een speeltje mee of beloon goed gedrag met een kleine traktatie. Hierdoor blijft je hond gefocust op jou, wat zorgt voor een betere band én een prettiger wandeling.
Zorg voor voldoende beweging
Een hond die de hele dag binnen zit, barst vaak van de energie tijdens de wandeling. Dit uit zich soms in trekken, blaffen of onrustig gedrag. Door je hond voldoende beweging te geven – niet alleen tijdens het wandelen, maar ook in huis of in de tuin – blijft hij mentaal en fysiek in balans. Verveling verdwijnt en jullie wandeling verloopt een stuk rustiger.
Let op voeding en energiebehoefte
Gedrag tijdens het wandelen kan ook samenhangen met het soort voeding dat je hond krijgt. Honden die niet de juiste voedingsstoffen binnenkrijgen, kunnen zich anders gaan gedragen. Overweeg in dat geval eens om over te stappen op graanvrij hondenvoer. Dit type voer bevat vaak meer natuurlijke ingrediënten en minder toevoegingen. Vraag wel eerst advies aan je dierenarts, want niet elke hond heeft baat bij een graanvrij dieet.
Wandel op het juiste moment van de dag
Timing is alles, ook bij het uitlaten van je hond. Probeer wandelingen te plannen op momenten dat je hond het meest ontspannen is. Voor veel honden zijn de vroege ochtend en late namiddag het meest aangenaam, omdat het dan rustiger is op straat en de temperatuur milder. Tijdens warme zomerdagen kun je best vermijden om midden op de dag te wandelen, zeker op asfalt of stoepstenen die heet worden en de voetzolen kunnen verbranden.
Houd ook rekening met jouw eigen gemoedstoestand. Als jij gestresseerd bent of gehaast de deur uitgaat, zal je hond die spanning aanvoelen. Plan wandelingen als kwaliteitsmoment, niet als haastklus.
Varieer in omgeving en prikkels
Honden raken snel verveeld als ze altijd dezelfde route lopen. Door af te wisselen in wandelroutes — bijvoorbeeld eens door het bos, een park of een rustige woonwijk — bied je nieuwe geuren, indrukken en uitdagingen aan. Dit houdt je hond mentaal scherp en maakt elke wandeling interessanter.
Voor honden die net overprikkeld raken, is het net belangrijk om een voorspelbare route te kiezen waar ze zich veilig voelen. Observeer je hond: ontspant hij onderweg of blijft hij constant alert? Pas de omgeving aan zijn noden aan.
Werk aan impulsen en zelfbeheersing
Veel gedragsproblemen tijdens wandelingen ontstaan door impulsiviteit: trekken aan de lijn, opspringen of achter fietsers aan willen gaan. Deze reacties kun je onder controle krijgen door te oefenen op zelfbeheersing. Laat je hond bijvoorbeeld bij elke stoep automatisch gaan zitten, of leer hem wachten tot jij het signaal geeft om door te lopen.
Gebruik korte trainingsmomentjes onderweg. Beloon je hond wanneer hij zelf rustig blijft, ook als er een prikkel passeert. Zo leert hij stap voor stap dat kalm gedrag iets oplevert.
Maak gebruik van mentale uitdaging
Een fysieke wandeling is belangrijk, maar mentale uitdaging is minstens even waardevol. Laat je hond tijdens het wandelen snuffelen aan verschillende objecten, of geef hem onderweg een opdrachtje zoals “zoek het koekje” in het gras. Je kunt ook korte stopmomentjes inlassen waarbij je iets laat ‘zoeken’ of ‘volgen’.
Hersenwerk tijdens de wandeling zorgt ervoor dat je hond niet enkel moe wordt in zijn spieren, maar ook in zijn hoofd. Dit verlaagt de kans op hyperactief gedrag nadien én versterkt jullie samenwerking.
Geef je hond ruimte om hond te zijn
Soms vergeten we dat wandelen voor een hond niet alleen beweging is, maar ook een moment om zijn wereld te verkennen. Laat hem dus geregeld snuffelen, stilstaan of zijn neus volgen, zolang het op een veilige manier gebeurt. Forceer geen strak tempo, maar beweeg samen.
Door oog te hebben voor wat je hond nodig heeft en graag doet, bouw je aan vertrouwen. En een hond die zich gehoord voelt, zal ook beter luisteren wanneer het erop aankomt.
Schakel hulp in als het niet beter wordt
Blijft het lastig om samen ontspannen te wandelen? Dan is het verstandig om een hondengedragstherapeut of dierenarts in te schakelen. Soms ligt er een medisch of gedragsmatig probleem aan ten grondslag. Door samen naar een oplossing te zoeken, wordt wandelen weer een plezier voor jullie beiden.
Image by Guidy Willekens from Pixabay